AMSTERDAM, donderdag
De Nederlandse paralympische sporters zijn er helemaal
klaar voor. Zaterdag openen zij in Athene de jacht op de gouden, zilveren
en bronzen medailles. Na Inge de Bruijn, Pieter van den Hoogenband, Leontien
van Moorsel en Anky van Grunsven is het nu de beurt aan ruiter Joop Stokkel,
wielrenner Jan Mulder, rolstoeltennissers Robin Ammerlaan en Esther Vergeer
en de andere gehandicapte sporters.
Sportkoepel NOC*NSF en het Paralympisch
Comité (NNPC) hopen op grote successen tijdens deze twaalfde editie
van de Paralympics. Comité- voorzitter Henny Jacobse wijst er echter
op dat het behalen van eremetaal steeds moeilijker wordt. „Er doen
opnieuw veel meer landen mee dan vier jaar geleden. De concurrentie wordt
dus steeds groter. Neem Oost-Europa. Daar telden de gehandicapte sporters
vroeger helemaal niet mee. Dat is nu wel anders.”
Zo moeten de 94
Nederlandse atleten met een lichamelijke beperking het in de Griekse hoofdstad
gaan opnemen tegen maar liefst vierduizend andere sporters uit 130 landen.
Ondanks de keiharde competitie is er toch goede hoop op Nederlandse successen. „We
hopen de dertig plakken van Sydney te evenaren”, zegt Jacobse. „Onze
sporters zullen hoe dan ook hun uiterste best gaan doen.”
Top tien
Hoewel hij graag zou zien dat Nederland terugkeert in de toptien van beste
paralympische landen (in Sydney waren we vijftiende), is het hiervoor volgens
de voorzitter nog te vroeg. „Er wordt de laatste jaren hard aan de
gehandicaptensport in Nederland gewerkt. Maar dat zal waarschijnlijk over
vier of acht jaar pas zijn vruchten gaan afwerpen.”
Desondanks heeft
het NOC*NSF van verschillende paralympische deelnemers hoge verwachtingen.
Dit geldt onder andere voor rolstoeltennissers Robin Ammerlaan en Esther
Vergeer. Ook bij de damesdubbel met Vergeer en Maaike Smit wordt eremetaal
niet uitgesloten. Verder rekent de sportkoepel op zwemster Marion Nijhof,
wielrenner Jan Mulder, ruiter Joop Stokkel, handbiker Cefas Bouman, rolstoelatleet
Kenny van Weeghel en atlete Marije Smits.
Ook de zeilers en de zitvolleybalvrouwen,
die dinsdag in Athene nog betrokken waren bij een busongeluk, moeten deze
kleine twee weken hoge ogen kunnen gooien. Ruiter Joop Stokkel, die morgen
voor Nederland tijdens de openingsceremonie de vlag zal dragen, ziet zijn
wedstrijden met vertrouwen tegemoet.
De Paralympics zijn voor hem dan ook
niets nieuws. De 37-jarige sportfanaat doet inmiddels voor de vijfde keer
mee. Tijdens de voorgaande edities was hij maar liefst vijftien keer goed
voor Nederlands eremetaal. Nadat hij al elf zwemmedailles had gewonnen,
besloot Stokkel zich op de paardensport te concentreren. Ook hiervoor bleek
de invalide sporter talent te hebben. De vier veroverde paralympische paardensportmedailles
zijn voor Stokkel echter nog niet voldoende. „Ik heb nog genoeg plaats
voor wat extra medailles. Uit Duitsland en Engeland zal ik wel wat concurrentie
krijgen, maar ik ga mijn uiterste best doen”, lacht de inwoner van
Aalsmeerderbrug. De zitvolleybalvrouwen, die bij de aanrijding op weg naar
hun training met de schrik vrijkwamen, hebben hoge verwachtingen van de
Paralympics. Het is voor het eerst dat de dames, die zowel Europees als
wereldkampioen zijn, meedoen. „Wij zijn hartstikke trots dat we eindelijk
aan de bak mogen”, vertelt speelster Els Verwer. „Het is toch
bijzonder om op de Paralympics te mogen spelen. We gaan er dus zo veel
mogelijk van genieten.” |
• Een rolstoelsportster opende in 2000 de Paralympics
in Sydney. |
De zitvolleybalsters moeten op dinsdag hun eerste wedstrijd
spelen tegen Oekraïne. „Dat moeten we in ieder geval gemakkelijk kunnen winnen”,
zegt Verwer. „China, Finland en Slovenië zijn onze grootste
concurrenten. Maar als we in ons normale doen zijn, moeten we ze kunnen
hebben.”
De basketbalvrouwen in rolstoel zullen het zwaarder krijgen. „Canada
is heel sterk en de VS ook. Maar een derde plaats ligt misschien binnen
de mogelijkheden. In Sydney waren we zesde. Dat moet beter kunnen”,
zegt Inge Tiggelman, voor wie dit de vijfde Paralympische Spelen zijn.
Volgens Tiggelman is het in ieder geval heel gezellig. „Veel
mensen gaan ook naast het basketbal met elkaar om. De groep is heel close.
Wij
maken er wel wat van.” |