Artikel uit Telegraaf van 16-09-2004

Paralympiërs hopen in Athene ’Sydney’ te evenaren

’ Genieten én winnen!’


door MARJOLEIN VAN DER GAAG

AMSTERDAM, donderdag

De Nederlandse paralympische sporters zijn er helemaal klaar voor. Zaterdag openen zij in Athene de jacht op de gouden, zilveren en bronzen medailles. Na Inge de Bruijn, Pieter van den Hoogenband, Leontien van Moorsel en Anky van Grunsven is het nu de beurt aan ruiter Joop Stokkel, wielrenner Jan Mulder, rolstoeltennissers Robin Ammerlaan en Esther Vergeer en de andere gehandicapte sporters.
Sportkoepel NOC*NSF en het Paralympisch Comité (NNPC) hopen op grote successen tijdens deze twaalfde editie van de Paralympics. Comité- voorzitter Henny Jacobse wijst er echter op dat het behalen van eremetaal steeds moeilijker wordt. „Er doen opnieuw veel meer landen mee dan vier jaar geleden. De concurrentie wordt dus steeds groter. Neem Oost-Europa. Daar telden de gehandicapte sporters vroeger helemaal niet mee. Dat is nu wel anders.”
Zo moeten de 94 Nederlandse atleten met een lichamelijke beperking het in de Griekse hoofdstad gaan opnemen tegen maar liefst vierduizend andere sporters uit 130 landen. Ondanks de keiharde competitie is er toch goede hoop op Nederlandse successen. „We hopen de dertig plakken van Sydney te evenaren”, zegt Jacobse. „Onze sporters zullen hoe dan ook hun uiterste best gaan doen.”
Top tien
Hoewel hij graag zou zien dat Nederland terugkeert in de toptien van beste paralympische landen (in Sydney waren we vijftiende), is het hiervoor volgens de voorzitter nog te vroeg. „Er wordt de laatste jaren hard aan de gehandicaptensport in Nederland gewerkt. Maar dat zal waarschijnlijk over vier of acht jaar pas zijn vruchten gaan afwerpen.”

Desondanks heeft het NOC*NSF van verschillende paralympische deelnemers hoge verwachtingen. Dit geldt onder andere voor rolstoeltennissers Robin Ammerlaan en Esther Vergeer. Ook bij de damesdubbel met Vergeer en Maaike Smit wordt eremetaal niet uitgesloten. Verder rekent de sportkoepel op zwemster Marion Nijhof, wielrenner Jan Mulder, ruiter Joop Stokkel, handbiker Cefas Bouman, rolstoelatleet Kenny van Weeghel en atlete Marije Smits.
Ook de zeilers en de zitvolleybalvrouwen, die dinsdag in Athene nog betrokken waren bij een busongeluk, moeten deze kleine twee weken hoge ogen kunnen gooien. Ruiter Joop Stokkel, die morgen voor Nederland tijdens de openingsceremonie de vlag zal dragen, ziet zijn wedstrijden met vertrouwen tegemoet.
De Paralympics zijn voor hem dan ook niets nieuws. De 37-jarige sportfanaat doet inmiddels voor de vijfde keer mee. Tijdens de voorgaande edities was hij maar liefst vijftien keer goed voor Nederlands eremetaal. Nadat hij al elf zwemmedailles had gewonnen, besloot Stokkel zich op de paardensport te concentreren. Ook hiervoor bleek de invalide sporter talent te hebben. De vier veroverde paralympische paardensportmedailles zijn voor Stokkel echter nog niet voldoende. „Ik heb nog genoeg plaats voor wat extra medailles. Uit Duitsland en Engeland zal ik wel wat concurrentie krijgen, maar ik ga mijn uiterste best doen”, lacht de inwoner van Aalsmeerderbrug. De zitvolleybalvrouwen, die bij de aanrijding op weg naar hun training met de schrik vrijkwamen, hebben hoge verwachtingen van de Paralympics. Het is voor het eerst dat de dames, die zowel Europees als wereldkampioen zijn, meedoen. „Wij zijn hartstikke trots dat we eindelijk aan de bak mogen”, vertelt speelster Els Verwer. „Het is toch bijzonder om op de Paralympics te mogen spelen. We gaan er dus zo veel mogelijk van genieten.”


• Een rolstoelsportster opende in 2000 de Paralympics in Sydney.

• Tandemracer Jan Mulder (rechts) en zijn piloot Jeroen Straathof wonnen de vorige keer op de Paralympics goud op de vier kilometer achtervolging.

• Worden het weer drie plakken voor de rolstoeltennissters Sharon Walraven, Esther Vergeer en Maaike Smit?
FOTO’S: THEO TERWIEL

 

De zitvolleybalsters moeten op dinsdag hun eerste wedstrijd spelen tegen Oekraïne. „Dat moeten we in ieder geval gemakkelijk kunnen winnen”, zegt Verwer. „China, Finland en Slovenië zijn onze grootste concurrenten. Maar als we in ons normale doen zijn, moeten we ze kunnen hebben.”
De basketbalvrouwen in rolstoel zullen het zwaarder krijgen. „Canada is heel sterk en de VS ook. Maar een derde plaats ligt misschien binnen de mogelijkheden. In Sydney waren we zesde. Dat moet beter kunnen”, zegt Inge Tiggelman, voor wie dit de vijfde Paralympische Spelen zijn. Volgens Tiggelman is het in ieder geval heel gezellig. „Veel mensen gaan ook naast het basketbal met elkaar om. De groep is heel close. Wij maken er wel wat van.”